Doorgaan naar hoofdcontent

Ik zie, ik zie...


De module kwantumfysica zorgt voor nogal wat gefronste wenkbrauwen. Ik weet uit de studiehandleiding dat 'de conclusie van het begrijpen van kwantumfysica zal zijn dat bewustzijn géén product kan zijn van de materie van het brein'. Ook beloven ze dat ik na afloop begrijp dat we geen toevallige toeschouwers zijn in een onverschillig universum, maar er juist intiem mee zijn verbonden. Helder! Maar we zitten nog maar in les 2 en tot nu toe heb ik  vooral geleerd wat we allemaal nog niet weten, over licht en materie met name.

Wat wel voorbij komt is een fascinerend voorbeeld van kinderen die geblinddoekt kunnen lezen en spelen. Voordat ze de leeftijd bereiken waarop hun logische brein het overneemt, leren ze hun innerlijk licht en oog te gebruiken. En dan kunnen ze dus echt zien! Ook hebben we het over hoe alles (eh... licht, elektronen, krentenbollenatomen... dat ongeveer) bestaat uit golven. En dat een zeker twee-spleten experiment ons echt heel veel leert over hoe licht en materie werken.

Pittige lessen dus. Maar we doen ons best met een klas die deels fysiek en deels via zoom aanwezig is. Er gaan echter weer wat wenkbrauwen omhoog als vanuit de zoom ineens wordt gevraagd om de camera weer aan te zetten. Aanzetten? Wie had hem uitgedaan dan? Wat we ook proberen, zoom 'kan de camera niet detecteren'. Was er net nog beeld, nu is de ingebouwde camera foetsie. Wetende dat alles wat we zeggen en doen via onze apparatuur uitgezonden wordt, zal deze camera gedacht hebben: "Als jullie menen dat je alles via de golven van het universum en je innerlijk bewustzijn kunt zien, dan kan ik mezelf net zo goed uitschakelen. Succes verder!"


Reacties

Populaire scribble

Het gouden boek

Voor mijn stage bij Willem. Hart voor levensvragen bezoek ik nu ook zelfstandig cliënten thuis. Deze ochtend zit ik voor het eerst bij een jonge vrouw met grote vragen. Het is op vele lagen een bijzondere ervaring. De herkenning van de eenzaamheid in een bijna overweldigende wereld die niet past. Mijn gevoel van willen geruststellen met dat het echt allemaal wel goed komt 'als je later groot bent'. En een dankbaarheid dat ik er deze dag op deze plek voor haar mag zijn en waarschijnlijk echt iets kan bijdragen in het verlichten van haar last. De vraag is alleen nog even hoe, want ik heb geen toverdoos met het antwoord op de vraag naar de zin van dit alles. Maar ik kan haar wel bijschijnen in haar zoektocht. Dus ik stel vragen en laat haar vertellen. Dat kan ze goed, het is een slimme meid, met al heel veel zijwegen in haar levensverhaal die we zouden kunnen bewandelen de komende tijd. Aan het eind weet ik alleen niet zo goed hoe ik deze kennismaking zo afrond dat er iets van ee...