Doorgaan naar hoofdcontent

Woorden


Gisteren stond er een mooie column van Ilja Leonard Pfeijffer in #nrcnext. Hij schrijft over de kracht van het woord, waarbij hij een vergelijking maakt tussen ons jongste regeerakkoord en de overwinningsspeech van Obama. Die Ilja omschrijft als schitterend, meeslepend en inspirerend, als een klassieke redevoering. Ja, daar moet je talent voor hebben (en een goede tekstschrijver). En terwijl het Obama wel eens is verweten dat hij 'alleen maar woorden' gebruikt, stelde deze wereldleider daar krachtig tegenover "dat alle historische veranderingen beginnen met woorden en dat het de taak van de politiek is om het volk met behulp van woorden te inspireren, en te doen geloven dat verandering mogelijk is en dat met hun hulp overmorgen beter kan worden dan morgen."

Om te vervolgen met dat waar het in onze Nederlandse politiek zo aan ontbreekt: "ontroering, inspiratie, geloof en hoop. Het ontbreekt aan poëzie. Het ontbreekt aan woorden."

Ah... dank je wel, Ilja. Voor het verwoorden van dat wat ik al een tijdje voel, maar niet goed kon duiden. Wat verklaart waarom ik het dit jaar zo moeilijk vond om te kiezen en ook nu nog niet echt warm loop voor 'wat ze nu weer hebben bedacht'. En dan denk ik aan die Vlamingen, die ook weten hoe belangrijk taal is, die daar op hun Antwerpse Conservatorium zelfs een afdeling Woord voor hebben. En die daar hun beste woordkunstenaar als docent hebben rondlopen: Bart Moeyaert.

Tja, en dan begint er een mooie 'I have a dream'-gedachte. Over de toon van onze politiek en het leven van alledag op straat als we gevoed zouden worden door de poëtische woorden van zulke inspirerende schrijvers. Hmm.

Reacties

Populaire scribble

Een overweging

Ik heb een probleem en een zorg. Het probleem is dat ik te druk ben. Niet gewoon flow druk, maar onoverzichtelijk, benauwend en verlammend druk. Dat komt voor een groot deel doordat we binnen Biebsearch junior de samenwerking met Boek1boek hebben beklonken en ik heel graag na de herfstvakantie op zes scholen wil starten met het digitaal lenen en leveren. Alles wat daarvoor nog moet gebeuren hoef ik zeker niet alleen te doen, maar ik moet wel het overzicht bewaken en natuurlijk op tijd mensen inschakelen om me te helpen. Deze drukte is dus ‘tijdelijk’. Maar helaas vlieg ik al maanden – zo niet jaren – van de ene naar de andere ‘tijdelijke’ drukte. Met als gevolg dat boeken veel te lang op m’n leestafel blijven liggen, ik geen tijd neem om ziek te zijn, de seizoenswisselingen in de natuur ongemerkt aan me voorbij gaan en het contact met de mensen in m’n directe omgeving en met mezelf wel wat te wensen overlaat. Voor een ander deel neemt de druk nog eens toe door de innerlijke wens reg